‘We can come an end’

Taal fascineert mij mateloos. Het woord is het belangrijkste middel voor communicatie. Wie de taal niet machtig is, ontbeert kennis, begrip en inzicht. Tot op hoge leeftijd hield vader ons taalgebruik nauwlettend in de gaten. Ik ben een kind van mijn vader. Samen met lief kan ik niet nalaten (veel) commentaar te leveren wanneer mensen slecht of fout Nederlands bezigen. Uit onderzoek is gebleken dat de kennis van onze taal achteruit kachelt. Ergo: drukke tijden voor onze ergernissen!

Voor nieuwe Medelanders is onze taal een regelrechte nachtmerrie: onmogelijke uitspraak, onlogische zinsbouw en onbegrijpelijke grammatica. Klopt, maar ik hou van mijn moerstaal. Zij is een dierbare en trouwe vriend die ik koester, bij wie ik altijd terecht kan voor al mijn emoties, gedachten, overpeinzingen en gevoelens.

Taal is dynamisch, constant in beweging. In tegenstelling tot de fiere Fransen, die zelfs voor het woord ‘computer’ een eigen variant ‘ordinateur’ hebben bedacht, doen wij nooit moeilijk over leenwoorden. In onze digitale wereld is Engels de voertaal. Elk jaar worden nieuwe woorden aan de Dikke Van Dale toegevoegd. Politici, meesters in het bedenken van verhullende, onbegrijpelijke termen doen het ‘goed’. Maar Van Kooten en de Bie hebben onze taal echt verrijkt: regelneef, krasse knarren, doemdenken, jemig de pemig et cetera.

Sinds enige jaren doet zich een nieuw fenomeen voor: Nederlandse woorden die worden vervangen door Engelse vertalingen. Onder jongeren, vooral zogenaamde ‘influencers’, komt dit merkwaardige verschijnsel opvallend vaak voor. Zo vaak zelfs dat ze het niet eens in de gaten lijken te hebben: t(h)anx, shop(pen), cool, nice, sale, shinen. De lijst is eindeloos. Wat is er in vredesnaam tijdens de lessen Nederlands gebeurd? Is dit wellicht een truc om hun gebrekkige kennis te maskeren? Wat dacht u van: ‘Die nieuwe user slaagde er niet in om die page te editen tijdens onze meeting. Dat was echt awkward.’ Tenenkrommend, kramp in de oren. Voor de goede orde: dit is een citaat!

Nederlanders hebben niet zelden een irritant hoge dunk van zichzelf over het niveau van hun Engels. Die arrogantie leidt tot taalverwarring, tot kolderieke, maar ook pijnlijke situaties. Fameus zijn de ‘Double Dutch’-uitspraken van Louis van Gaal tijdens het WK-voetbal: ‘We can come an end.’ Ik gebruikte zijn blunders als lesmateriaal voor mijn leerlingen, die enerzijds gruwden, maar anderzijds smulden van zijn steenkolenengels. Nationale hopman Mark Rutte kan nog wel een paar bijlessen gebruiken om zijn dramatisch slechte uitspraak bij te spijkeren.

Er zijn leuke boekjes uitgegeven (bijvoorbeeld ‘I always get my sin’) met even bedenkelijke als hilarische uitglijders van landgenoten met een te groot taalkundig ego. Van harte aanbevolen. U zult zien dat het niveau van ‘he has his sheeps on the dry’ of ‘what have I now hang on my bicycle’ vaker voorkomt dan u denkt.

Bekijk andere artikelen

arrow_upward